In onze praktijk komt het regelmatig voor dat een bedrijf bezwaar maakt tegen nieuwbouw van een woning, of wijziging van de bestemming van een bedrijfswoning naar een burgerwoning, omdat ze vrezen daardoor in hun bedrijfsvoering te worden geschaad.
Op grond van de handreiking “Bedrijven en milieuzonering” gelden er afstanden die tussen een bedrijf en een woning aanwezig moeten zijn. Deze afstand geldt vanaf de bestemmingsgrens van het bedrijf tot aan de gevel van de woning. Als aan die afstand niet wordt voldaan, kan dat een bedrijf schaden, bijvoorbeeld bij het aanvragen van een vergunning.
Als wel aan deze afstandseisen wordt voldaan, kan een bedrijf nog inbrengen dat aan de woning nog vergunningvrije aanbouwen kunnen worden gebouwd, of dat bijvoorbeeld een mantelzorgwoning in de tuin kan worden gebouwd. Hierdoor komt de gevel van de woning dichterbij het bedrijf te liggen. Hierdoor ontstaan er op korte afstand van het bedrijf milieugevoelige functies, waardoor dan niet meer aan de afstandseisen wordt voldaan. Dat kan het bedrijf beperken in zijn mogelijkheden.
Uitsluiting vergunningvrij bouwen
In een uitspraak van de Raad van State van 10 januari 2024 deed deze situatie zich voor. De afstand was op zich voldoende, maar als er vergunningvrije aanbouwen achter de woning zouden worden gerealiseerd, zou de afstand onvoldoende worden. Om woningbouw toch mogelijk te maken zonder het bedrijf te beperken, heeft de Raad van State zelf een voorwaarde toegevoegd aan de bestemming. Die voorwaarde maakt vergunningvrij bouwen op een bestemmingsvlak gelegen achter de woning onmogelijk (zie bijgaande afbeelding).
Hierdoor mogen er in het achtererfgebied achter de woning geen vergunningvrije bouwwerken gebouwd worden die bestemd zijn voor wonen of mantelzorg. Garages en schuurtjes, niet bestemd voor wonen, mogen wel gebouwd worden. Dit lijkt een goede en praktische mogelijkheid om woningbouw mogelijk te maken zonder het naastgelegen bedrijf te beperken.
Op de plan verbeelding komt een bouwaanduiding “specifieke bouwaanduiding uitgesloten – voor bewoning bedoelde bijbehorende bouwwerken“. Aan de planregels wordt een nieuw artikel toegevoegd: “Het gebied ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding uitgesloten – voor bewoning bedoelde bijbehorende bouwwerken’ is geen achtererfgebied zoals bedoeld in artikel 1 eerste lid van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht voor zover het gaat om voor bewoning gebruikte bijbehorende bouwwerken.”.
De mogelijkheid om vergunningvrij te bouwen is in de wet gegeven. Een inperking van de mogelijkheid van vergunningvrij bouwen mag om die reden alleen worden opgenomen als die noodzakelijk is in verband met locatie-specifieke omstandigheden. De Raad van State overweegt dat in dit geval is komen vast te staan dat inperking van vergunningvrij bouwen noodzakelijk is in verband met locatie-specifieke omstandigheden. Zo kan worden voorkomen dat dicht bij het bedrijf vergunningvrij een milieugevoelige functie opgericht kan worden.
Hoe zit dat onder de Omgevingswet?
Ook onder de Omgevingswet gelden afstanden tussen een bedrijf en een woning. Ook daar zou het verbinden van deze voorwaarde een oplossing kunnen zijn om te voorkomen dat het bedrijf gehinderd wordt door de woning.