Wat betekent de nieuwe omgevingswet voor het vergunningvrij bouwen? In de praktijk zien we dat mensen om twee redenen kiezen voor vergunningvrij bouwen: In de eerste plaats om de kosten en het gedoe van het aanvragen van een vergunning te besparen zodat ze bijvoorbeeld geen bouwtekeningen te hoeven maken. Voor hen gaat het er echt om de vergunning om te bouwen te vermijden. In de tweede plaats om bouwwerken te realiseren die volgens het bestemmingsplan niet zijn toegestaan. Het gaat dan bijvoorbeeld om het vergunningvrij bouwen van meer bijgebouwen dan in het bestemmingsplan is toegestaan. Hier is juist de mogelijkheid om af te wijken van het bestemmingsplan belangrijk. Deze twee soorten vergunningvrij bouwen zijn nu nog op één plaats geregeld. In de Omgevingswet is daartussen juist een duidelijk onderscheid gemaakt.
De knip
In de omgevingswet is er bij bouwen een duidelijk onderscheid gemaakt tussen deze twee mogelijkheden, zowel voor vergunningvrij bouwen als voor de vergunning zelf. Een grote verandering als gevolg van de Omgevingswet is ‘de knip’ in de omgevingsvergunning voor bouwen. Er komen twee omgevingsvergunningen: 1) een omgevingsvergunning voor een technische bouwactiviteit en 2) een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit. Een omgevingsplanactiviteit is een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat daarvoor een vergunning nodig is, of juist een activiteit die in strijd is met het bestemmingsplan, zodat een vergunning nodig is om af te wijken van het bestemmingsplan.
Op dezelfde wijze kan een activiteit op twee manieren vergunningvrij zijn. Dit is in de eerste plaats omdat geen vergunning nodig is voor de bouwactiviteit, bijvoorbeeld voor de dakkapel. In de tweede plaats kan de activiteit vergunningvrij zijn omdat geen vergunning nodig is om af te wijken van het omgevingsplan. Hij is dan zogenaamd “omgevingsplanvergunningvrij”.
Wanneer is een activiteit omgevingsplanvergunningvrij?
Een omgevingsplanactiviteit is in principe altijd vergunningplichtig, tenzij de activiteit is opgenomen in een van de twee lijsten met vergunningvrije activiteiten. Ten eerste somt de landelijke lijst activiteiten op waarvoor geen omgevingsplanvergunning nodig. Die lijst kun je vinden in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl), en wel in art. 2.15f Bbl. Het gaat dan over gewoon onderhoud aan een bouwwerk, een dakkapel in het achterdakvlak, een erfafscheiding van maximaal 1 m. hoog enz. Het gaat om een deel van de lijst die nu in bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht is opgenomen.
Ten tweede zal de bruidsschat lijst activiteiten opnoemen waarvoor geen omgevingsplanvergunning nodig is maar die nog wel aan het omgevingsplan moeten voldoen. Dit zijn de bestaande vergunningvrije bouwwerken, die onder de Omgevingswet voorlopig vergunningvrij blijven. Een lijst daarvan kun je vinden in art. 22.27 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet. Het gaat opnieuw om een deel van de lijst die nu in bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht is opgenomen.
Stappenplan
Het stappenplan voor het bepalen of een bouwactiviteit omgevingsplanvergunningvrij is, is dan als volgt:
- Het bouwwerk is vergunningplichtig, tenzij:
- Het is opgenomen in de landelijke lijst → het bouwwerk is vergunningvrij en hoeft niet aan het omgevingsplan te voldoen
- Het is opgenomen in de bruidsschat lijst → het bouwwerk is vergunningvrij
Ook het omgevingsplan zelf kan bepalen dat een activiteit niet vergunningplichtig is. Dat zal pas op termijn van belang worden, omdat voorlopig de bestaande bestemmingsplannen blijven bestaan. Daarin zijn deze aanwijzingen niet opgenomen.
Wanneer is een activiteit bouwtechnisch vergunningvrij?
Een bouwactiviteit is in principe bouwtechnisch vergunningvrij, tenzij de activiteit in een lijst als vergunningplichtig wordt genoemd. Een gebouw met een dak is in beginsel vergunningplichtig (zie artikel 2.15d Bbl), als het gaat om een gebouw dat:
- niet op de grond staat;
- hoger is dan 5 m;
- dat is voorzien van een verblijfsgebied op de tweede bouwlaag;
- is voorzien van een balkon of dakterras, of
- als het gaat om een nieuw hoofdgebouw.
Alleen gebouwen zonder tweede bouwlaag of dakterras enz. zullen op grond van deze bepalingen nog onder vergunningvrij bouwen vallen. Een gebouw met een dak dat lager is dan 5 m, geen tweede bouwlaag of dakterras heeft en op de grond staat, is dus nog steeds vergunningvrij voor wat betreft de technische bouwvergunning. Het gaat dan om bijgebouwen bij een bestaande woning of een schuur bij een boerderij. Deze bouwwerken zijn ook nu al vergunningvrij.
Daarnaast zijn er specifieke bouwwerken zonder dak als vergunningvrij aangewezen. Het gaat dan bijvoorbeeld om een sport- of speeltoestel tot 4 m hoog, een antenne en een constructie om hoogteverschillen te overbruggen. Deze bouwwerken zijn ook nu als vergunningvrij aangewezen. Er is ook nooit een vergunning om te bouwen nodig voor een dakkapel, ongeacht hoe die wordt uitgevoerd.
Conclusie
Het bepalen of je onder de omgevingswet een bouwwerk vergunningvrij kan bouwen, zal er niet gemakkelijker op worden bij het intreden van de nieuwe Omgevingswet. Het is dan ook zeker verstandig om je bouwplannen uit te voeren voordat de nieuwe wet in werking treedt. De inwerkingtreding staat op de rol voor 1 juli 2022, maar de verwachting is dat dit opschuift naar 1 januari 2023. In dat geval heeft u heel 2022 om vergunningvrij te bouwen onder het bestaande systeem.
Bij Jurable zijn wij ons in ieder geval goed aan het voorbereiden op de nieuwe wet. Dus wanneer het zo ver is kunnen wij je zeker weten helpen! Voor nu kun je hieronder alvast een voorbeeld vinden die de bovenstaande tekst nog extra verduidelijkt.
Voorbeeld: mag je vergunningvrij een dakkapel bouwen?
Er kunnen twee vergunningen nodig zijn: de omgevingsplanvergunning en de bouwtechnische vergunning.
Eerst controleer je of je een omgevingsplanvergunning nodig hebt voor het bouwen van de dakkapel. De nieuwe Omgevingswet bepaalt dat een omgevingsplanactiviteit vergunningplichtig is, tenzij de activiteit in de landelijke lijst staat uit artikel 2.15 f Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) of in de bruidsschatlijst staat uit art. 2.27 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet.
In de landelijke lijst is het bouwen van een dakkapel opgenomen, maar alleen als de dakkapel voldoet aan bepaalde voorwaarden. Hij moet zijn voorzien van een plat dak, niet hoger zijn dan 1,75 m enz. Omdat de dakkapel is opgenomen in de landelijke lijst is het bouwen daarvan omgevingsplanvergunningvrij en hoeft het ook niet aan het omgevingsplan te voldoen. Het is dan niet meer nodig om ook nog in de bruidsschat lijst te kijken. Vervolgens controleer je nog of er uitzonderingen van toepassing zijn uit artikel 2.15 g Bbl. Dit is niet het geval en dus is de dakkapel omgevingsplanvergunningvrij.
Maar dan ben je nog niet klaar. Ook moet er gekeken worden of er een bouwtechnische vergunning nodig is. In principe is een bouwwerk bouwtechnisch vergunningvrij tenzij de artikelen 2.15d of da Bbl van toepassing zijn. Eerst controleer je dus deze artikelen. Een dakkapel wordt in deze artikelen genoemd als bouwtechnisch vergunningvrij, hoe je de dakkapel ook uitvoert. Hierdoor weet je dat de dakkapel bouwtechnisch vergunningvrij is. Goed nieuws! De dakkapel die je wil bouwen is zowel omgevingsplan- als bouwtechnisch vergunningvrij.
Conclusie
Er zijn een aantal stappen die je moet doorlopen om te bepalen of je onder de omgevingswet vergunningvrij mag bouwen. Er kan daarbij een hoop verwarring ontstaan. Hopelijk heeft deze blog het toch wat verduidelijkt. We hebben ook een whitepaper geschreven waarin we dieper in gaan op de vraag wat er vergunningvrij blijft onder de Omgevingswet. En natuurlijk kun je ook altijd bij Jurable terecht voor hulp bij jouw bouwplannen!