Gemeenten hebben de verplichting om binnen 10 jaar hun bestemmingsplan te vernieuwen. Dit is al vanaf 2008 bekend, maar gemeenten kregen tot 2013 uitstel van deze verplichting. Gemeenten die toen hun bestemmingsplannen van ouder dan 10 jaar niet hadden vernieuwd, waren dus in overtreding. Op hun is nu de legessanctie van toepassing.
De wetgever heeft in de Wet ruimtelijke ordening een sanctie op die overtreding gezet. In dat geval vervalt recht van de gemeente om leges te innen. In de wet is bepaald dat dit legesverbod geldt voor “de door het gemeentebestuur verstrekte diensten die verband houden met het bestemmingsplan”. De legessanctie heeft volgens de wetsgeschiedenis betrekking op leges ter zake van vergunningen voor bouw–, aanleg- of sloopactiviteiten. In beginsel ging men er van uit dat voor vergunningaanvragen voor deze activiteiten in het geheel geen leges meer verschuldigd zouden zijn, zodra de tienjaarstermijn verstreken zou zijn.
Verschillende gemeenten hebben dit verbod zo uitgelegd, dat het recht om leges te innen slechts gedeeltelijk vervalt. Zij menen dat de werkzaamheden die nodig zijn om een aanvraag omgevingsvergunning om te bouwen te beoordelen, slechts voor een deel verband houden met het bestemmingsplan. Volgens die gemeenten gaat het alleen om het deel van de tijd dat daadwerkelijk besteed wordt aan het toetsen van de bouwaanvraag aan het bestemmingsplan. Om die reden wordt niet de hele legesaanslag niet opgelegd, maar alleen dat deel dat volgens de gemeente betrekking heeft op het bestemmingsplan. Sommige gemeenten zijn van mening dat maar 10% van de werkzaamheden betrekking heeft op het bestemmingsplan (gemeente Uitgeest). Anderen menen dat dit 25% is (gemeente Edam-Volendam).
Inmiddels hebben drie rechtbanken over deze vraag een uitspraak gedaan. Rechtbank Gelderland en rechtbank Limburg hebben beiden de volledige legesaanslag vernietigd. Rechtbank Limburg oordeelt over de leges voor de activiteiten bouwen en aanleggen dat de gemeente niet meer bevoegd was om een legesaanslag op te leggen, en vernietigt de hele aanslag. Rechtbank Gelderland verwijst naar de wetsgeschiedenis waarin duidelijk als consequentie van overschrijding van de termijn wordt gesteld: “als de raad niet binnen dat tijdvak een nieuw bestemmingsplan heeft vastgesteld (…) kunnen leges terzake van vergunningen voor bouw-,aanleg- of sloopactiviteiten binnen het betrokken bestemmingsplangebied vanaf het moment van het verstrijken van de 10-jaarstermijn niet worden ingevorderd”. De rechtbank constateert dat de gemeente de het totale legesbedrag uitsplitst naar categorieën waarvan sommige wel en andere niet in rekening worden gebracht, maar “feitelijk hebben deze leges betrekking op één en dezelfde vergunningaanvraag. Gelet hierop is de rechtbank van oordeel dat alle in rekening gebrachte leges onder de legessanctie vallen.
Rechtbank Noord-Holland is in de uitspraak van december 2015 akkoord gegaan met het feit dat op de aanslag slechts 10% in mindering zou worden gebracht. De leges voor de Welstandscommissie en de bodemrapporten houden volgens de rechtbank geen verband met het bestemmingsplan, maar met de esthetische aspecten van de aanvraag en de bodemgesteldheid. Van de leges voor het onderdeel “Bouwactiviteit” heeft slechts 10% betrekking op de reguliere toetsing aan het bestemmingsplan. Verweerder heeft aangevoerd dat de ervaringsregel is dat gemiddeld 10% van de tijd wordt besteed aan de toetsing aan het bestemmingsplan. De rechtbank acht deze aangegeven tijdsbesteding aannemelijk en redelijk.
Als gevolg van deze verschillende uitleg van de legessanctie is nog niet duidelijk welke kant het op zal gaan: Moet de gemeente de gehele aanslag laten vallen, of mag een deel nog wel worden geheven? Gelet op de verwoording in de wetsgeschiedenis, die geen onderdelen uitsluit, ben ik van mening dat de gehele legesaanslag dient te vervallen.
Bedacht dient te worden dat de wetgever deze bepaling heeft bedoeld als sanctie om gemeenten te dwingen om tijdig hun bestemmingsplannen te herzien. Als gemeenten alleen het deel dat zij aan bestemmingsplantoetsing besteden in aftrek behoeven te brengen, en zij vervolgens zelf kunnen bepalen welk deel van de tijd ze daaraan besteden, kunnen zij zelf de hoogte van de sanctie bepalen. Dit kan toch niet de bedoeling van deze wetsbepaling zijn. Hoe dan ook loont het de moeite om bij een oud bestemmingsplan te checken of het bestemmingsplan meer dan 10 jaar oud is, omdat daardoor geen, of in ieder geval minder leges verschuldigd zijn!
Legessanctie vervalt
In de aanloop naar de nieuwe Omgevingswet is de reikwijdte van de legessanctie flink beperkt. Deze blog weergeeft de situatie zoals deze gold voor 1 juli 2018, en is inmiddels dus verouderd. Vanaf 1 juli 2018 geldt de legessanctie in een beperkter aantal situaties. Welke situaties dit zijn leest u in deze blog.